Als je als paard lang genoeg signalen hebt gegeven, en er wordt niet naar je geluisterd, dan gooi je op een gegeven moment de handdoek in de ring. Niets heeft nog zin. Je geeft nergens meer reactie op, want het verandert toch niets aan de situatie.
In wetenschappelijke termen noemt men dit ook wel learned helplessness; oftewel, aangeleerde hulpeloosheid; het verschijnsel dat mensen en dieren zichzelf hebben aangeleerd, dat ze geen invloed kunnen uitoefenen op de situatie.
Depressie omvat 3 kerngebieden;
– Negatief over het zelf, over anderen, de toekomst (je zou denken dat een paard altijd in het hier&nu is, dat is niet zo)
– Hoe ik denk dat de wereld is, zo is het ook
– Hulpeloosheid en hopeloosheid
De kern van depressie is angst. De eerst signalen die een paard geeft, geeft een paard uit angst. Als hier niet naar geluisterd wordt, gaat het paard in een ‘overleef’ stand. Vaak ik dit vluchten. Dit kan zich uiten in fysiek vluchten (steigeren, er vandoor gaan), vluchten in zichzelf (afwezig en onbereikbaar zijn). Ook kan het paard een andere persoonlijkheid laten zien. Een (hyper) actief, bijna clownesk paard kan evengoed depressief zijn.
Op een gegeven moment komen hier ook verdriet een boosheid bij kijken. Boosheid is vaak een verborgen vorm van verdriet. Omdat paarden het eigen verdriet niet willen voelen, verharden ze naar zichzelf, en dus naar de buitenwereld.